Gisteren barstte er een discussie los op Facebook over een nieuw restaurant in Haarlem. Als over elk nieuw restaurant in Haarlem een discussie gevoerd wordt op Facebook dan krijgt Facebook het druk. Haarlem wordt de laatste jaren namelijk overspoeld door nieuwe restaurants. Tenminste eens per maand zien we weer een nieuw restaurant op een gloednieuwe plek maak vaker in een bestaande horecalocatie. Haarlem wordt door sommige Horecaconcerns gebruikt als een proeftuin voor horecaconcepten maar ook veel jonge ambitieuze mensen gaan de uitdaging aan in onze stad.
Met verbazing kijk ik wel eens naar weer zo’n nieuw restaurant die Haarlem gaat verbazen met wederom dezelfde formule maar dan in een ander jasje. Ik begrijp soms echt niet dat die jonge ondernemers die denken hier hun geluk te vinden niet wat afgeremd worden. Als echte Haarlemmer weet ik dat je maandag, dinsdag en woensdag prijs kunt schieten in de binnenstad. Er zijn dan s’avonds echt heel weinig Haarlemmers op stap en het is dus niet moeilijk om ergens een tafeltje te reserveren, Een beginnende restauranthouder moet er dus alvast op rekenen dat de centen verdiend moeten worden in 4 dagen. Alle rekensommen die je maakt moeten daar van uitgaan en gezien het hoge verloop in restaurants wordt er blijkbaar vaak te positief gerekend.
Haarlemmers zijn een kritisch maar ook dankbaar publiek voor een goed restaurant. Haarlemmers zijn ook trouw aan een restaurant waar ze zich thuis voelen. Als restauranthouder krijg ja dan ook maar een paar kansen om je te bewijzen en als je de Haarlemmer niet kan overtuigen dan verspreid zich dat over de stad als een smeulend vuurtje. Maar, zoals gezegd de Haarlemmers zijn ook trouw aan de restaurant waar ze zich welkom voelen. Zo’n restaurant heeft een uitstekend bestaansrecht in Haarlem. Om hier in Haarlem een instituut te worden als restaurant daar moet je voor werken en je nek uitsteken maar doe je dat dan zit je als restaurant geramd.
We kennen in Haarlem aardig wat “instituten”. Het meest legendarisch restaurant is natuurlijk Wilma & Albert dat al meer dan 42 open is. Ook La Plume is alweer zo’n 30 jaar dagelijks geopend en welke Haarlemmer kent niet restaurant In ’t Goede Uur dat al weer ruim 40 jaar bestaat?
Dan is er natuurlijk nog een hele lijst restaurants die al 10 of meer jaar open zijn. Dit zijn de restaurants die door hard werken en veel inzet hun vaste plaats in Haarlem verdiend hebben. Haarlem is zeker een horecastad en het aanbod is dan ook enorm. Haarlemmers gaan graag naar de binnenstad want we kijken altijd met gepaste trots naar onze Grote Kerk. Gezellig naar een restaurant in de buurt van die kerk dat doen we graag en er is zeker een Haarlems publiek die daar ook echt geld wil spenderen. Maar, wij Haarlemmers hoeven geen uitbundig of overdreven gedoe, dat laten we over aan de import Haarlemmers. Lekker eten en het gevoel dat je welkom en eigenlijk een beetje thuis bent dat is wat de Haarlemmer wil. De gevestigde restaurants hebben dat begrepen en zullen nog vele jaren kunnen rekenen op hun gasten.